Virtueel kamperen in Walt Disney World

Resortgasten in Walt Disney World hebben serieus wat voordelen tegenover bezoekers die niet in een hotel van Walt Disney World overnachten. Eén voordeel is vrij nieuw: wie een resortgast is, kan dertig dagen eerder dan niet-resortgasten Fastpassen reserveren. Nu het nieuwe FastPass+-systeem een klein jaartje draait, hebben snuggere Walt Disney World-bezoekers al door dat, zelfs op de meest rustige dagen, dit een behoorlijk groot voordeel is.

Voor heel wat attracties maken die dertig dagen extra weinig of niks uit: doorgaans zijn op de dag zelf nog voldoende Fastpassen beschikbaar voor de meeste attracties. Echter, die beschikbaarheid komt vaak met een keerzijde: hotelgasten kiezen met dertig dagen voorsprong vaak juist Fastpassen uit op de ideaalste momenten: op de drukste momenten van de dag, op momenten dat er geen parades of vuurwerk zijn of op het moment dat het te druk is in restaurants en winkeltjes. Zo kun je doorgaans nog op de dag zelf Fastpassen krijgen voor de meet-en-greet met Belle rond 15u ’s middags. Leuk, maar dat betekent tegelijk ook dat je de middagparade moet missen. En meestal zij er voor de grote attracties ’s avonds nog wel Fastpassen vrij, maar aangezien je geen extra Fastpass kunt halen voor je derde gereserveerde Fastpass is opgebruikt, is het weinig interessant om als derde Fastpass er eentje te hebben om 19u ’s avonds.

Om Fastpassen zestig dagen op voorhand te kunnen reserveren, moet je over twee dingen beschikken: een reservatie voor een Walt Disney World-hotel en een toegangsbewijs dat geldig is op de eerste dag van die reservatie. Dat toegangsbewijs kan minder lang geldig zijn dan je eigenlijke verblijf (bv. je verblijft een week in een Disney-hotel, maar koopt slechts een vijfdagenkaart, omdat je ook andere parken in Orlando wil bezoeken) of langer (bv. een abonnement, of een tiendagenkaart, terwijl je maar vijf dagen blijft overnachten; met de no-expiration-optie kun je de resterende vijf dagen dan bij een volgend bezoek gebruiken).

Als je niet in een hotel van Walt Disney World blijft overnachten én toch zestig dagen op voorhand je Fastpass-reservaties wil maken, bestaat er – als je bovenstaande voorwaarden bekijkt – eigenlijk een goedkope manier om dat te realiseren: ga virtueel kamperen in The Campsites van Disney’s Fort Wilderness Resort. Walt Disney World heeft namelijk ook een eigen camping, vlakbij het Magic Kingdom. Voor 54 dollar per nacht, zo’n 44 euro, reserveer je er een plekje waar je je tent op kunt zetten. Maar meer nog: iedere persoon op die reservatie wordt automatisch ook als een gast van Walt Disney World beschouwd, krijgt een Magic Band, mag naar de Extra Magic Hours in de parken, mag gratis parkeren én mag zestig dagen op voorhand Fastpassen reserveren.

Sinds de start van het nieuwe Fastpass-systeem is dat dus een nieuwe trend: je huurt een hotel off-property, en je koopt bv. een zesdagenkaart voor Disney. Op de dag waarop je je toegangskaart voor het eerst wil gebruiken, reserveer je één nacht op The Campsites voor 44 euro. Zodra je die reservatie hebt gemaakt, kun je zestig dagen op voorhand meteen voor elke dag dat je kaart geldig is, Fastpassen reserveren. Let your vacation begin. Je hoeft niet eens op te komen dagen op The Campsites. Zolang je je reservatie betaalt, mag je Fastpassen reserveren. En dat geldt dus voor ieder toegangsbewijs dat je aan de reservatie koppelt. Kom je met z’n vieren, dan betaal je dus elk pakweg 11 euro om ‘virtueel te kamperen’ en je Fastpassen in alle vrijheid te boeken.

Een loophole, natuurlijk, maar het is de vraag of Disney deze loophole zomaar uit het systeen kan verwijderen. Want uiteraard kan Disney gasten niet dwingen om voor elke overnachting ook over een toegangsbewijs te beschikken (dat zou een verbod op een bezoek aan Universal betekenen) of omgekeerd, want dat zou het voor abonnementhouders erg oninteressant maken om nog in een Disneyhotel te overnachten.

Alles over FastPass+ (deel 4): Tactiek en strategie

In het vorige deel van onze reeks over FastPass+ legden we het basisprincipe achter het nieuwe systeem uit: je kunt tot drie FastPassen, waarmee je de gewone wachtrij van een attractie mag overslaan, nog voor je op reis vertrekt reserveren. Ben je hotelgast van Disney, dan kan dat al zestig dagen van tevoren. Wie geen hotelgast is maar zijn kaartjes op voorhand koopt, kan dat al dertig dagen vooraf.

Een FastPass+ is eigenlijk een reservatie van een time slot van een uur waarin je een attractie met minimale wachttijd mag doen. Als je meerdere FastPassen hebt, dan geldt de regel dat twee time slots elkaar niet mogen overlappen. Je kunt dus geen FastPass+ hebben voor Pirates of the Caribbean van 9u30 tot 10u30 én een FastPass+ voor Big Thunder Mountain van 10u20 tot 11u20. Deze beperking geldt overigens niet voor elk lid van je gezelschap. Ben je met z’n vieren, wil je graag om 10u een ritje in Space Mountain maken, maar stel je vast dat er bv. maar drie FastPassen meer beschikbaar zijn voor het time slot 9u30-10u30, dan kun je een vierde FastPass voor een ander time slot waar 10u ook invalt daar mee combineren, bv. eentje van 9u50 tot 10u50.

Nadat het time slot van je derde FastPass+ is afgelopen, kun je een vierde, en daarna een vijfde, en daarna een zesde, etc. nieuwe FastPass+ reserveren. Veel bezoekers trekken daaruit de conclusie dat het dus interessant is om je eerste drie FastPassen zo vroeg mogelijk in te plannen, om op die manier zo veel mogelijk tijd over te houden voor meer FastPassen later op de dag. Op zich lijkt dat een logische invalshoek: aangezien je pas nieuwe FastPassen mag reserveren nadat het time slot van je derde FastPass voorbij is, lijkt het logisch dat je meer uit je dag zult kunnen halen als je laatste FastPass-time slot om 13u afloopt dan als je laatste FastPass-time slot om 16u afloopt.

En eigenlijk is dat ook zo: kwantitatief ga je inderdaad meer extra FastPassen kunnen halen als het park bv. nog zes uur open is in plaats van nog maar drie uur. Er zitten echter twee behoorlijk adders onder het gras:

  • door je FastPassen aan het begin van de dag te zetten, maak je in principe gebruik van een wachtrijreservatiesysteem op het moment dat de wachtrijen het minst lang zijn van allemaal. ’s Ochtends drie keer een rij van een kwartier overslaan is minder interessant dan ’s middags drie keer een rij van een uur.
  • de populairste attracties hebben doorgaans de langste wachtrijen maar ook de felst begeerde FastPassen. Met andere woorden: de kans is groot dat, tegen dat het time slot van je derde FastPass+ is afgelopen, er geen FastPassen meer zijn voor de attracties waar je doorgaans lang in de rij voor moet gaan staan.

De strategie van gelijk ’s ochtends je drie meest waardevolle attracties te reserveren, levert je dus kwantitatief meer FastPassen op, zo berekende de website touringplans.com, maar de attracties die je na je laatste FastPass+ nog kunt reserveren, zijn doorgaans kwalitatief lager. Leuk dat je E-ticket-rides als Space Mountain, Splash Mountain en Big Thunder Mountain al voor 12u allemaal kon doen, maar als blijkt dat daarna alleen nog maar FastPassen beschikbaar zijn voor kleinere attracties als The Country Bear Jamboree, Dumbo of The Barnstormer, dan ben je eigenlijk niet zoveel met de mogelijkheid om misschien nog wel zes FastPassen te kunnen nemen.

In rustige perioden, zoals in januari/februari of in september/oktober, is de kans groot dat je nog voldoende interessante FastPassen over zult hebben nadat je laatste FastPass-time slot is afgelopen. Maar ga je in een drukkere periode, dan is het advies: gebruik de rustige ochtenduren om enkele E-tickets met korte wachtrij te doen, en plan je eerste FastPass-time slot vanaf pakweg ’s middags, wanneer het drukker wordt in het hele park en de wachtrijen het langst zijn. De website touringplans.com heeft de afgelopen maanden 1,2 miljoen wachtrijgegevens geanalyseerd en concludeert dat je de grootse kans hebt om alle E-ticket-rides te kunnen doen als je op die manier je dag indeelt.

Dan rest ons nog te vertellen natuurlijk welke attracties in welk park een FastPass+ vereisen en voor welke dat niet nodig is. Maar dat houden we voor een volgende aflevering in deze reeks.

Naar Universal Studios als Disneygast

Jarenlang had Disney in Orlando eigenlijk maar één echte concurrent: SeaWorld. Dat park opende twee jaar na Walt Disney World, op zo’n kwartiertje rijden van het Disneypark. Kleinere parken en opvulattracties voor toeristen openden vanaf dan jaarlijks, maar het zou tot in 1990 duren tot Universal Studios, op een boogscheut van Walt Disney World, een eigen vestiging in Florida opende. Jarenlang werd het beschouwd als het schreeuwerige kleine neefje, dat met het spektakel van de grote Hollywoodfilm en hoogtechnologische rides families met wat oudere jeugd van Lake Buena Vista naar Orlando probeerde te lokken. Maar sinds Comcast, het telecom- en tv-bedrijf, in 2011 het roer in handen kreeg, opende het Universal Resort de ene publiekstrekker na de andere: Despicable Me, The Simpsons en Transformers vonden hun weg naar de themaparken, maar het was vooral een Brits jongetje met tovenaarskrachten dat voor bezoekcijfermagie zorgde.

Met de opening van het tweede Harry Potter-themadeel, afgelopen juli in het Universal Studios-park, doet het resort eigenlijk iets erg gewiekst: het verhoogt de prijs van een dagkaartje zonder dat je er erg in hebt. Universal besefte natuurlijk ook hoe groot de aantrekkingskracht van Harry Potter was: de opening van The Wizarding World of Harry Potter – Hogsmeade, in Islands of Adventure, was goed voor een blijvende bezoekersaangroei van zo’n 3 miljoen bezoekers.

Veel van die bezoekers waren Disneyresortgasten, die een dagje uit hun vakantie trokken, om het Harry Potter-themagedeelte te gaan bekijken. Dat ze daar een entreekaartje van bijna 100 dollar per persoon voor moesten kopen, dat namen ze er graag bij. Nu is 100 dollar een magische grens in Pretparkland: voorlopig is er nog geen enkel park ter wereld dat voor een 1-dags-kaartje over die prijs heen gaat, ook geen enkele Disneypark. Daarom deed Universal iets heel slims: toen de plannen ontstonden voor de uitbreiding van het Harry Potter-themadeel, besloten ze dat niet te bouwen naast het Harry Potter-gedeelte in Islands of Adventure, maar in het andere park, Universal Studios. De prijs voor een ééndagskaartje voor een van de Universal-parken bleef daardoor onder de 100 dollar, maar wie alle Harry Potter-attracties wil bezoeken, moet wel de hopper-optie van 40 dollar erbij kopen, om zo beide parken in te kunnen. Een treinverbinding tussen beide Harry Potter-themadelen werd toegevoegd om de deal extra aantrekkelijk te maken: alleen wie een duur hopperkaartje bezit, kan deze attractie doen.

Een familie van vier die een verblijf in Disney boekt en één dagje alle Harry Potter-attracties wil doen, is dus 544 dollar plus tax kwijt. Op een rustige dag in voor- of naseizoen kun je daarmee doorgaans ook nog zonder veel probleem alle andere grote attracties in beide parken doen, maar ’s zomers of tijdens een drukkere periode van het jaar is daar geen beginnen aan. Onze tip: plan twee dagen in Universal, een dag voor Islands of Adventure en een dag voor Universal Studios. Ga je met Halloween of met Mardi Gras, de twee belangrijkste evenementen op de Universalkalender, dan is ons advies: trek voor die zaken minstens nog een extra halve dag uit.

Kaartjes koop je het best online. Onze tip: koop je kaartje bij een van de vele Britse Orlando-ticketbureaus vooraf. Een tweedagenkaart voor Universal kost bv. 195 dollar aan de kassa of 175 dollar als je die via de website van Universal Studios vooraf online bestelt. Op www.floridatix.co.uk betaal je voor een Universal 2-Park Bonus Ticket 113 pond, ofwel 135 euro. Met dit speciale ticket, goedkoper dan een tweedagenkaartje, mag je veertien dagen lang elke dag naar alle Universalparken in Orlando. Ideaal dus om zo flexibel mogelijk die parken toe te voegen. Omdat Groot-Brittanië een belangrijke markt is voor de parken in Orlando maar bezoekers uit Europa vaak langer ter plekke blijven dan Amerikaanse gasten, zijn de tickets die in Engeland verkocht worden vaak veel interessanter dan de Amerikaanse tickets. Dat geldt overigens ook voor de Disneytickets, maar daar later meer over in een volgende post.

Het loont de moeite om dus vooraf wat werk te verrichten en kaartjes te bestellen voor je ter plaatse bent. Wie rond de kerst en nieuwjaar naar Orlando gaat, wil wel opletten: de kaartjes zijn telkens geldig voor één kalenderjaar (van 1 januari tot en met 31 december), voor een periode van veertien opeenvolgende dagen vanaf het eerste gebruik. Ga je echter bijvoorbeeld een week voor nieuwjaar en een week na nieuwjaar naar Orlando, dan vervalt het kaartje van het oude jaar als het niet minstens één keer gebruikt is voor 1 januari.

In een eerdere blogpost vertelde we al dat het vrij gemakkelijk is om van en naar Universal te gaan als je in een Disney-resort zit. Aan de balie van je Disneyhotel kun je een Mears-shuttle reserveren die je brengt en weer afhaalt. Heb je een eigen wagen, dan is het nog makkelijker. Vanaf Walt Disney World is het ongeveer een kwartiertje rijden naar City Walk, het entertainmentdistrict dat de toegang is van Universal Studios Florida.

Nog een tip: een abonnement op Universal Studios Florida is, gezien de lage prijs van de Britse Universaltickets, voor Europese gasten zelden of nooit een goeie deal, tenzij je van plan bent om binnen het jaar nog een tweede keer terug te keren. Zelfs het goedkoopste Universal-abonnement, de zogenaamde Power Pass, is duurder dan het 14-dagen-ticket dat hier in Europa verkocht wordt, en komt met beperkingen die het Universal 2-Park Bonus Ticket niet heeft, zoals block-out-dates met pasen, in juni en juli en met de kerst.

De twintig-minutenregel

Wachten wordt pas saai als er weinig te verwachten is. Zolang je naar iets aan het uitkijken bent, kan de tijd eigenlijk niet snel genoeg vooruitgaan. Wie naar Orlando gaat, ontdekt er – net zoals bij parken bij ons – dat wachten voor veel mensen een way of life is. Het goede nieuws: (1) heel veel mensen gaan totaal onvoorbereid naar Orlando en (2) dat wachten een way of life is voor veel mensen, betekent niet dat het ook voor jou zo hoeft te zijn. Het is tenslotte jouw vakantie, nietwaar?

Daarom vermeld ik hier graag de twintig-minutenregel. Deze universele Orlandoregel gaat als volgt: als je ergens langer voor moet wachten dan twintig minuten, dan doe je iets fout. De regel is overigens niet van mezelf, maar werd bedacht door Bob Sehlinger, een auteur van reisgidsen die zo gefascineerd raakte door de enorme rijen die hij in Walt Disney World tegenkwam, dat hij ze gingen bestuderen en beschrijven in zijn intussen ongeëvenaarde Unofficial Guide to Walt Disney World. Via een complex wiskundig systeem ontwikkelde Sehlinger verschillende routes doorheen de parken waarmee je je wachttijd kunt minimaliseren.

Vorig jaar waren we op paasmaandag in het Magic Kingdom, traditioneel een van de allerdrukste dagen van het jaar. Er waren iets meer dan 100.000 mensen in het park en kort na de middag werd de toegang tot het park afgesloten. Hoewel we doorgaans vrij intuïtief een park bezoeken, wilden we die dag geen risico’s nemen en gebruikten we een van de routes van Sehlinger. Een klein wonder was dat: ook al zagen we in de loop van de dag wachtrijen bij sommige attracties van 120 minuten of meer, wij hebben de hele dag attracties kunnen doen zonder één keer langer dan twintig minuten te wachten. En we hebben alle grote attracties gedaan, sommige zelfs meer dan één keer.

Het geheim? Voorkennis. Als een park ’s ochtends open gaat, verspreiden bezoekers zich niet zomaar gelijk over het park. Er zijn attracties waar de meute erg snel naartoe trekt, en er zijn attracties waar de massa pas later naartoe gaat. In het Magic Kingdom zie je bij opening gelijk een heleboel mensen naar Space Mountain rennen. Tegen onze intuïtie in, adviseerde Sehlinger om Space Mountain over te slaan, maar eerst Winnie the Pooh en Peter Pan te doen, en daarna naar Space Mountain te gaan. Die eerste twee konden we meteen zonder wachtrij doen, en toen we daarna richting Space Mountain gingen, stond er nog maar een kwartier wachtrij. Hadden we het omgekeerd gedaan, dan had de lage capaciteit van Peter Pan en Winnie the Pooh ervoor gezorgd dat we in totaal langer in de rij hadden gestaan. We vermeden er ook een FastPass mee (Space Mountain is een erg risicovolle FastPass en op de meeste dagen geen goed idee – waarom leg ik in een volgende blogpost uit), die we konden gebruiken voor een van de andere, drukkere attracties in het park.

De twintig-minutenregel werkt zo goed als altijd. Uiteraard kan tijdens het wachten een technische storing van de attractie optreden, en dan kan de wachttijd langer uitvallen. En bij gloednieuwe attracties (zoals momenteel Harry Potter and the Escape From Gringotts in Universal Studios) is dat vaak ook lastig, vooral als het park hotelgasten bv. een uur eerder al toegang geeft tot het themagebied maar je zelf geen hotelgast bent.

Een aantal basistips zet ik hier alvast graag op een rij:

  1. elk park heeft een beperkt aantal headliner-attracties. Dat zijn attracties waar Disney fel mee adverteert en die iedereen eigenlijk wel wil doen. Informeer je vooraf welke headliner-attracties de laagste capaciteit hebben, want daar ontstaan de langste wachtrijen. Die attracties wil je ’s ochtends ofwel als eerste doen, ’s avonds als laatste of met een FastPass.
  2. denk ’s ochtends niet te gauw dat lange rijen alleen maar langer zullen worden. Spaceship Earth in Epcot is daar een goed voorbeeld van, de attractie in de enorme golfbal aan de hoofdingang van het park. Veel mensen doen deze attractie ’s ochtends als eerste, omdat het de eerste attractie is die ze tegenkomen. Niet slim: vanaf ’s middags gaan de wachtrijen daar alleen maar omlaag.
  3. ’s ochtends staan er overal korte rijen en bij veel attracties kun je gelijk instappen. Ideaal dus om een aantal attracties zonder veel wachten te doen. Echter: sommige attracties hebben zo’n lange totaalduur, door een opeenstapeling van preshows en de duur van de attractie zelf, dat het interessanter is om ze te FastPassen dan om er een heel stuk van je ochtend door in beslag te laten nemen. Ideale ochtendattracties zijn korte ervaringen zonder preshows met een lage capaciteit en een hoge populariteit. Om die reden is Soarin’ in Epcot ’s ochtends bijvoorbeeld geen goed idee.
  4. sommige attracties hebben een heel specifieke doelgroep. Een attractie voor tieners is ideaal ’s ochtends vroeg: zij slapen graag uit en zijn zelden of nooit bij opening al in het park. Rijen bij attracties voor kinderen (denk aan Winnie the Pooh in Magic Kingdom) worden korter vanaf de late namiddag, wanneer jonge kinderen moe worden.
  5. shows, 3D-films en walkthroughs hebben zelden of nooit een wachtrij. Het zijn ideale attracties om te doen op de drukste momenten van de dag. Doorgaans zijn deze zaken ook overdekt, waardoor je op het warmste moment ook de zon ontvlucht. In het Magic Kingdom zijn bv. Carousel of Progress, Walt Disney’s Enchanted Tiki Room, Country Bear Jamboree, Stitch’s Great Escape of Mickey’s Philharmagic ideaal. Zonde om dit soort attracties ’s ochtends of ’s avonds te doen, als de wachtrijen bij de andere attracties het kortst zijn.
  6. waterattracties, hoe populair ook in de warme temperaturen, hebben zelden of nooit wachtrijen aan het begin of aan het eind van de dag – mensen willen de dag niet beginnen met een nat pak of willen ’s avonds niet met een nat pak naar huis. Als dat voor jou geen bezwaar is, kun je daar je voordeel mee doen.
  7. de parades en avondshows in de parken zijn enkele van de meest populaire ervaringen. Naar schatting zeventig tot tachtig procent van de bezoekers gaat ze zien. Breng je tijdens je verblijf aan Orlando twee keer een bezoek aan Epcot, ga dan bv. de eerste keer het Illuminations-vuurwerk zien, en doe de tweede keer een attractie als Soarin’ of Test Track tijdens Illuminations. Niet omgekeerd overigens: bij regenweer worden avondspektakels nog wel ’s geannuleerd, dus je wilt er zeker van zijn dat je ze wel degelijk kunt meemaken.

In toekomstige blogposts overlopen we per park de meest strategische aanpak: voor welke attracties reserveer je best een FastPass? Welke attracties doe je best als eerste en welke attracties hoe je beter voor later op de dag? Welke attracties hebben nooit een rij en welke attracties zijn lastiger dan je op het eerste moment zou denken? Op die manier kan ook jij de andere mensen laten wachten in de rijen, en geniet je zelf van de twintig-minutenregel. Het is tenslotte jouw vakantie, nietwaar?

Alles over FastPass+ (deel 3): vooruitgang of achteruitgang?

In de eerste twee delen van deze serie (zie deel 1 en deel 2) hadden we het over enkele praktische zaken die je zeker moet weten over FastPass+ voor je op reis vertrekt naar Orlando. In dit derde deel proberen we het antwoord te geven op de vraag: is FastPass+ eigenlijk een vooruitgang of een achteruitgang ten opzichte van het oude FastPass-systeem?

Om deze vraag te kunnen beantwoorden, is het belangrijk om dit als uitgangspunt te nemen: “not all Disney-rides are created equal”. Die stelling is niet nieuw, want al in de beginjaren van Disneyland – toen je nog apart moest betalen voor elke attractie – was dat onderscheid er al. Je kon bonnenboekjes kopen met daarin A-, B-, C-, D- en E-tickets. A-tickets waren het minst waard en kon je gebruiken voor de kleinste attracties, E-tickets waren voorbehouden voor de toppers van het park, zoals Haunted Mansion, Pirates of the Caribbean en It’s a Small World. Een E-ticket-attractie was niet noodzakelijk duurder of spectaculairder: zo moest je in de jaren vijftig in Disney ook een E-ticket betalen voor de Pack Mules, een ritje op een levende ezel door Frontierland. De capaciteit van die attractie was zo laag dat algauw lange rijen ontstonden. Om die enigszins onder controle te houden, maakte Disney er een E-ticket-ride van. Er waren namelijk meer E-ticket-rides in het park dan er E-tickets in het bonnenboekje zaten, en dus moesten bezoekers kiezen.

Hetzelde geldt voor de Disney-attracties in Orlando. De attractie met de langste gemiddelde wachttijd in Walt Disney World is Toy Story Midway Mania in Disney’s Hollywood Studios. Dat is niet omdat deze attractie de allerbeste of allerduurste is van het hele resort, maar omdat (1) de doelgroep van deze attractie erg uitgebreid is (letterlijk iedereen, van baby’s tot oma’s, mag erin) en (2) de capaciteit van de attractie is relatief laag (1500 bezoekers per uur, wat hoog is voor een attractie in België of Nederland, maar relatief laag voor een attractie in Walt Disney World). De combinatie van deze twee factoren (grote doelgroep, lage capaciteit) zorgt ervoor dat Toy Story Midway Mania dé E-ticket-ride van het resort is.

Waarom dit hele verhaal? Wel, tot vorig jaar kon je alleen voor E-ticket-attracties en sommige D-tickets een FastPass krijgen. Andere attracties, die kortere wachtrijen of zelfs geen rijen hadden, die hadden gewoon geen wachttijdreservering. Dat is met FastPass+ veranderd: bijna alle attracties, op enkele uitzonderingen na, hebben nu de mogelijkheid om gereserveerd te worden. Disney speelt hier eigenlijk een beetje vals: bezoekers die van niet beter weten en een FastPass+ reserveren voor attracties als Journey into Imagination in Epcot, The Country Bear Jamboree in Magic Kingdom of It’s Tough to Be a Bug in Animal Kingdom, verspillen hiermee eigenlijk een FastPass, want voor deze attracties heb je die zelfs op de allerdrukste dagen van het jaar niet nodig. Maar natuurlijk, als Disney iedereen drie FastPassen per dag wil laten reserveren, dan moeten ze wel een boel extra attracties in het systeem opnemen dan vroeger het geval was. Voor welke attracties je beter wel en beter niet een Fastpass reserveert, bespreken we in het volgende deel in deze reeks.

Maar goed, is FastPass+ nu een vooruitgang of juist niet? Zoals we in het vorige deel al vertelden: het is absoluut een achteruitgang voor wie niet in een Disneyhotel overnacht. Was het tot vorig jaar zonder probleem mogelijk om op een dag zes à zeven FastPassen te halen, dan is dat voortaan alleen nog een privilege van Disneyhotelgasten.

Bovendien zijn er nog drie andere beperkingen bijgekomen:

  • was het vroeger mogelijk om drie keer een FastPass voor dezelfde attractie te reserveren, bijvoorbeeld omdat je die attractie vaker na mekaar wou doen, dan kan dat nu niet meer: de drie FastPass+-keuzes waarmee je de dag start, moeten voor drie verschillende attracties zijn;
  • de gemiddelde gewone wachtrij van de attracties die vroeger geen FastPass hadden is een stuk langer geworden. De website touringplans.com heeft uitgerekend dat juist de reguliere rijen bij E-ticket-attracties korter geworden zijn sinds de invoering van FastPass+, omdat meer mensen die op voorhand reserveren, en dat de wachtrijen voor de andere attracties (Haunted Mansion, Spaceship Earth, Pirates of the Caribbean) juist gemiddeld 10 à 15 minuten langer geworden zijn. Dit zijn attracties met een enorme capaciteit, dus Disney maakt voor deze attracties een groot deel van de beschikbare capaciteit beschikbaar voor FastPass+. Dat de wachtrijen voor E-tickets korter zijn geworden, daar heb je op zich niet veel aan: slimme bezoekers zullen voor die attracties nog altijd een FastPass+ reserveren. Dat het voor de andere attracties wel langer wachten is, waar dat vroeger niet het geval was, is dus een nadeel;
  • het oude FastPass-systeem werkte in elk park onafhankelijk. Je kon dus ’s ochtends een Fastpass halen voor Toy Story Midway Mania die bv. pas om 18u geldig was, daarna de boot nemen naar Epcot, en meteen een FastPass nemen voor een attractie daar: de FastPass-systemen in de vier themaparken stonden los van elkaar. Dat is nu niet langer het geval. Wie meer dan één park op een dag bezoekt, kan in het tweede park slechts een FastPass+ reserveren nadat de drie fastpass-tijdspannes in het eerste park voorbij zijn.

Heeft FastPass+ dan totaal geen voordelen ten opzichte van het vroegere systeem? Jazeker. Allereerst is FastPass+ een systeem dat je toelaat om je reserveringen op voorhand te maken, nog voor je in het park bent. Dat is in twee opzichten een vooruitgang bij vroeger: wie graag lang uitslaapt en pas na de middag in een park arriveert, die maakte vroeger weinig of geen kans op de meest gegeerde FastPassen, zoals Soarin’ of Test Track in Epcot. Doorgaans waren tegen dan de Fastpassen voor de populairste attractie al weg. Dat probleem heb je nu niet meer: door je FastPassen op voorhand te reserveren, en dat kan zelfs nog voor je op reis vertrekt, kun je je FastPass garanderen, zonder de verplichting om al bij openingstijd in het park te zijn. Een tweede voordeel is dat je de FastPass-tijden zelf kunt kiezen: vroeger werden de FastPass-reservatietijden door de automaat bij de attracties bepaalt. Nu kun je zelf kiezen op welk tijdstip je een FastPass wil reserveren. Ten slotte: het is niet meer nodig om voortdurend heen en weer door het park te rennen om Fastpassen te halen. Vroeger moest je altijd twee keer naar een attractie: één keer om een FastPass, een tweede keer om met die FastPass de attractie te doen. Dat is nu niet meer nodig, en voor veel mensen is dat een zorg minder. Vooral in Amerika, waar veel meer mensen slecht ter been lijken te zijn dan in Europa, kun je je voorstellen dat dit een behoorlijke verbetering is.

Is FastPass+ een vooruitgang of een achteruitgang? Er zijn ongetwijfeld een aantal voordelen aan FastPass+, maar de vraag is of deze opwegen tegen het grote verschil dat er nu is tussen Disneyhotelgasten en niet-Disneyhotelgasten en tegen het feit dat de gewone rijen bij de meeste niet-E-ticket-attracties nu langer zijn geworden.Hoewel het systeem goed en soepel loopt, vonden we het vorige systeem in bijna alle opzichten flexibeler en vooral: eerlijker. Bovendien voegt FastPass+ nog maar eens een extra voorbereiding toe aan je Disneyvakantie, en omdat er al zoveel geplan bij komt kijken, is het maar de vraag of veel bezoekers hier op zaten te wachten.

Meer dan een pretparkvakantie?

Zo’n beetje elk Belgisch park heeft een zweefmolen. En een piratenboot. En een reuzenrad. Het lijkt een beetje alsof er een soort van standaardkit is van attracties die elk pretpark wel moet hebben. Ze zien er overal een beetje anders uit: in Plopsaland hebben ze een decortje van spuitbeton met wat beelden van polyester bij, in Bellewaerde worden ze geflankeerd door bloemperken en in Bobbejaanland staan er een pak waarschuwingsborden bij, maar in principe zijn het wel overal en altijd dezelfde attracties. De gedachte om in België of Nederland een week lang alleen maar pretparken te doen, is dan ook weinig aantrekkelijk: uiteindelijk ga je een groot aantal attracties steeds weer opnieuw tegenkomen.

Wie Orlando zegt, denkt uiteraard meteen aan een pretparkvakantie. En dat klopt: in Centraal-Florida vind je op een gebied zo groot als Brussel of Amsterdam een verzameling van de meest indrukwekkende themaparken ter wereld, goed voor bijna negentig miljoen bezoekers per jaar. Zestig miljoen daarvan gaan naar Walt Disney World, de grootste pretparkbestemming op aarde. Voor pretparkliefhebbers een waar Walhalla, maar staat een Orlandovakantie inderdaad gelijk aan een week met dagelijks weer een reuzenrad, zweefmolen of piratenboot die er elke dag een beetje anders uitzien?

Als je reisgidsen moet geloven, heeft Centraal-Florida alles wat elke reiziger maar kan dromen: cultuur, natuur, zon en strand, attracties, musea, sport en theater. Dat is natuurlijk allemaal wel waar, want Orlando is nu eenmaal een echte stad waar echte mensen wonen en werken. En er is inderdaad het Orlando Museum of Art, met werken van Georgia O’Keeffe, Ansel Adams en Andy Warholl, en er is het Orlando Science Center, een soort van Technopolis/NEMO met een planetarium en veel interactieve wetenschappelijke doe-dingen, en er is het Museum of Arts and Sciences, met onder meer de grootste Coca-Cola-spulletjesverzameling ter wereld. Op zich zijn dat best wel aardige plekken, daar niet van, maar ze zijn onvergelijkbaar met wereldmusea in grote steden in Europa of Amerika en ze richten zich in veel gevallen op een lokaal publiek, niet op de grote horden toeristen die vol Mickey-verwachting naar Centraal-Florida afzakken.

Hetzelfde geldt voor ook voor de nationale parken van Florida, waarvan de Everglades wellicht het bekendste is, een bijzonder subtropisch overstromingsgebied dat bekend is om zijn alligators en panters, cypressen en mangroven, en zijn typische moerasboten aangedreven door een enorme propeller achterop. In Centraal-Florida vind je, op een steenworp van Orlando, ook enkele van de meest bekende stranden van Amerika, zoals Cocoa Beach en Daytona Beach. En Orlando zelf is best een gezellige Amerikaanse stad, met zo’n 250.000 inwoners in grootte vergelijkbaar met steden als Gent, Luik, Eindhoven of Tilburg. Maar het is zeker geen stad waarvoor je vanuit België of Nederland het vliegtuig neemt en een vakantie van een week of langer boekt.

Laten we wel wezen: wie met z’n gezin of met vrienden naar Orlando op vakantie gaat, doet dat om pretparken te doen. Orlando is op en top Amerikaans, en er zijn supermalls, enorme Walmart-warenhuizen die 24/24 uur open zijn en filialen van alle grote winkelketens. De buitenwijken en huizen en straten en pleinen zijn een mooie staalkaart van het leven in een middelgrote Amerikaanse stad. Maar de mensen van Walt Disney World en Universal beseffen ook wel dat niemand speciaal daarvoor naar Orlando komt: daarvoor is Orlando niet bijzonder genoeg. Tegelijk beseffen ze ook dat geen mens zin heeft om een week of twee weken alleen maar in de rij te gaan staan voor steeds weer gelijkaardige, hyperkinetische kermismolens.

Je moet je bij een Orlandovakantie niet zoiets voorstellen als een week lang pretparken doen bij ons. Het goede nieuws: geen enkel park in Orlando heeft een piratenboot, een zweefmolen of een reuzenrad. Sterker nog: attracties die hier veelvuldig voorkomen, vind je daar doorgaans maar in één park terug. Parken in Orlando beseffen heel goed dat de meeste bezoekers alleen maar komen om parken te doen en dat het in hun eigen voordeel is om ervaringen aan te bieden waarmee ze zich kunnen onderscheiden.

Parken realiseren zich ook dat mensen op vakantie zijn, en dat een vakantie meer is dan in de wachtrij staan. Dus biedt elk park daarnaast ook behoorlijk wat ervaringen aan waarvoor je helemaal niet in een wachtrij hoeft te staan, van parades tot shows, van uitgebreide walkthroughs tot straat-entertainment. Heel wat attracties duren behoorlijk lang, en elk park heeft wel een aantal behoorlijk uitgebreide ervaringen die je voor een half uur of zelfs langer aan de warme Floridazon onttrekken. Om nog maar te zwijgen over de ongekende variatie op het gebied van eten en drinken, waar we het in een volgende blogpost nog over zullen hebben.

Om maar te zeggen: ja, een Orlandovakantie wordt hoofdzakelijk een pretparkvakantie – eerlijker dan dat kunnen we het niet stellen. Maar: beeld je bij een “pretpark” geen Walibi of Plopsaland of Bobbejaanland in. Dat zijn leuke parken, daar niet van, maar de parken in Florida zijn groter, de attracties unieker en ook al ga je een week lang elke dag naar een ander park, dan nog ga je niet het gevoel hebben dat je steeds weer dezelfde attracties tegenkomt. Integendeel: je zult versteld staan van hoeveel totaal nieuwe ervaringen die je vroeger nooit met een pretpark associeerde die je in Orlando zult meemaken.

De twee parken in de buurt van Orlando die nog het meeste “aanvoelen” als een pretpark zoals bij ons, zijn Legoland en Busch Gardens. Maar Legoland richt zich op een behoorlijk kleine doelgroep (ouders met kinderen tot een jaar of tien) en Busch Gardens heeft naast de vele standaardattracties (ook al staat ook daar geen zweefmolen, piratenboot of reuzenrad) een geweldig mooi dierenpark en enkele van de meest bijzondere achtbaanervaringen van Centraal-Florida. Maar voor de rest: laat een pretparkvakantie je vooral niet afschrikken – nadat je in Orlando geweest bent, zal het begrip “pretpark” nooit meer hetzelfde zijn.

Onderweg in Walt Disney World

In onze vorige blogpost hadden we het over hoe je van de luchthaven naar de resorts in Orlando gaat. In deze blogpost gaan we iets dieper in op een van de belangrijkste transportnetwerken in Orlando: het Walt Disney World Resort Transportation Network. En ook al wordt dit gratis openbaar vervoer binnen het Walt Disney World-domein vaak als een extra voordeel voor hotelgasten van Disney gepromoot, toch is dit vervoersysteem gratis voor iedere bezoeker aan Walt Disney World, of je er nu overnacht of niet.

Wie een eigen huurauto bezit, zal bijna geen gebruik maken van het Walt Disney World Transit-systeem. Alle hotels en alle themaparken, op één na, zijn rechtstreeks met de auto bereikbaar en hebben een eigen parkeerplaats. Alleen de parkeerterreinen voor de vier themaparken zijn voor niet-Disneyhotelgasten betalend trouwens, de parkeerterreinen bij de hotels, de uitgaansgebieden en de waterparken zijn gratis. Alleen het Magic Kingdom is niet per auto bereikbaar. Bezoekers met een auto moeten eerst parkeren bij het Transportation and Ticket Center (TTC), om van daar met een monorail of een boot naar het Magic Kingdom te gaan. Reken hiervoor zeker een half uur tussen het moment dat je de parkeerplaats bij het TTC oprijdt en het moment dat je bij de ingang van het Magic Kingdom arriveert.

Ben je een Disneyhotelgast en heb je geen huurauto ter beschikking, dan hangt het vervoer een beetje af van waar je logeert. De 26 Disneyhotels bevinden zich in vijf hotelgebieden: de Magic Kingdom Resort Area, de Epcot Resort Area, de Downtown Disney Resort Area, de Animal Kingdom Resort Area en de Wide World of Sports Area. Drie van de vier hotels van het Magic Kingdom Resort Area zijn verbonden met het Magic Kingdom via een eigen monorailverbinding (de Contemporary, de Polynesian en de Grand Floridian) en er zijn eveneens drie Magic Kingdom-hotels met een rechtstreekse bootverbinding met dat park (de Polynesian, de Grand Floridian en de Wilderness Lodge). Vanaf de Contemporary kun je te voet naar het Magic Kingdom. De hotels in de Epcot Resort Area, met uitzondering van Caribbean Beach, zijn verbonden met Epcot en Disney’s Hollywood Studios via een wandelpad en een bootverbinding. Alle andere verbindingen gaan via bussen. De bussen rijden vanaf één uur voor de openingstijd van de parken (inclusief Extra Magical Hours) tot één uur na sluitingstijd.

Er zijn echter een aantal belangrijke regeltjes als je de Disneybussen gebruikt. Allereerst: bussen vanuit hotels gaan alleen naar themaparken, waterparken en Downtown Disney. Er zijn geen rechtstreekse bussen van het ene hotel naar het andere hotel.  Dat laatste is wel belangrijk, want na sluitingstijd van de parken concentreren de meeste activiteiten in Walt Disney World zich in en rond de hotels. Disneyfilm kijken bij zonsondergang? Een dinershow of chic restaurant bezoeken? Een jazz-optreden of een piano-sing-along bijwonen? Chillen in een van de tientallen bars en lounges? Na sluitingstijd van de parken kan het allemaal in de hotels van Walt Disney World, en ook niet-Disneyhotelgasten zijn welkom. Wil je van het ene hotel naar een ander hotel, dan moet dat altijd via een themapark of via Downtown Disney.

Beide overstapplekken, de themaparken en Downtown Disney, komen echter elk met een belangrijke beperking. Bussen naar Downtown Disney rijden pas vanaf ’s middags om te vermijden dat niet-Disneyhotelgasten de gratis parkeerplaatsen bij Downtown Disney zouden gebruiken om de betaalparkings bij de parken over te slaan én om die reden zijn er ook geen bussen van Downtown Disney naar de themaparken en van de themaparken naar Downtown Disney. Wil je naar Downtown Disney van waar ook in Walt Disney World, dan kan dat alleen vanaf een hotel – een behoorlijk tijdrovende beperking.

En wil je een bus nemen naar een ander hotel via een park, dan kan dat alleen tot één uur na sluitingstijd van dat park. Stel: het is 20u ’s avonds en je wil nog op even op nachtsafari met night vision-verrekijkers in de Animal Kingdom Lodge. Geen enkel hotel heeft een bus die rechtstreeks naar de Animal Kingdom Lodge gaat. Stel dat het Animal Kingdom-themapark die dag al om 18u sloot, dan kun je ook de meest natuurlijke route, van je hotel naar het Animal Kingdom-themapark en dan met de bus naar de Animal Kingdom Lodge, ook niet meer nemen. Je moet via een ander themapark dat wel nog open is of via Downtown Disney. Vooral in de rustige maanden raadt Disney aan om zeker anderhalf uur te rekenen om met een bus van één niet-park-bestemming naar een andere niet-park-bestemming te gaan.

Vaak zijn combinaties van bussen en andere transportmiddelen sneller dan alleen bussen. Check altijd of er niet ook een monorail- of bootverbinding beschikbaar is. Een extra addertje onder het gras is Epcot. Epcot is een park met verschillende delen en twee verschillende ingangen: eentje vooraan in het park, in Future World, en eentje achteraan in het park, in World Showcase. De ingang achteraan wordt de International Gateway genoemd, en is tegelijk de plek waar gasten van een hotel in de Epcot Resort Area, met uitzondering van gasten van het Caribbean Beach Resort, het park zullen binnengaan. Echter: wil je naar een hotel in de Epcot Resort Area vanaf jouw hotel via Epcot, hou er dan rekening mee dat de bussen voor Epcot stoppen aan de ingang vooraan in het park, niet achteraan, en dat je dus voor de hotels in het Epcot Resort Area door Epcot zult moeten. Wat meteen ook betekent dat je een toegangsbewijs nodig zult hebben dat voor die dag geldig is.

Hou er ook rekening mee dat sommige hotels geen eigen busverbinding hebben, maar die delen met andere hotels. Wil je bijvoorbeeld vanaf de Beach Club naar het Animal Kingdom, dan gaat de bus niet rechtstreeks naar Animal Kingdom, maar eerst houdt hij nog halt bij de Yacht Club, dan bij de Boardwalk, vervolgens bij de Swan en ten slotte bij de Dolphin om bezoekers daar ook op te pikken. Sommige resorts zijn zo groot dat er ook meerdere busstops zijn binnen één en hetzelfde resort (Port Orleans French Riverside, Caribbean Beach, Coronado Springs, Animal Kingdom Lodge). Het kan soms ruim een half uur duren voor de bus daadwerkelijk zijn laatste hotelgast heeft opgepikt en je op weg bent naar je eindbestemming.

De vijf hotelgebieden in Walt Disney World bepalen ook zo’n beetje hoeveel tijd je zult nodig hebben om onderweg te zijn. De hotels in de Magic Kingdom Resort Area en de Epcot Resort Area, met uitzondering van Caribbean Beach Resort, zijn ideaal gelegen: er zijn rechtstreekse verbinding met respectievelijk het Magic Kingdom en Epcot/Disney’s Hollywood Studio’s, en door de monorailverbinding tussen Epcot en het TTC zijn gasten van een Magic Kingdom-hotel ook snel in Epcot en gasten van een Epcot-hotel ook snel in het Magic Kingdom. Het meest afgelegen hotelgebied is die van Wide World of Sports. De twee budgethotels daar, Pop Century en Art of Animation, liggen het verst afgelegen van de meeste parken en vereisen dus ook langere transporttijden. Tot slot: in de Downtown Disney Resort Area liggen ook zeven hotels die geen eigendom zijn van Walt Disney World. De Disneybussen kun je niet gebruiken om van en naar deze hotels te gaan, hoewel ze wel een beperkte gratis shuttledienst van en naar de themaparken aanbieden.

Voor de hotels in de Downtown Disney Resort Area geldt nog iets bijzonders: deze hotels zijn met elkaar en met Downtown Disney verbonden via een bootverbinding. Dat laatste maakt deze resorts uitstekend geschikt voor gasten die ook veel van het nachtleven willen meepikken, want Downtown Disney blijft elke dag open tot 2u ’s nachts, en de lounges en bars van die hotels bieden ook het beste avondentertainment van het hele resort.

Een goeie tip is om op voorhand in je planning ook al je transportroutes op te nemen. Vaak heb je verschillende mogelijkheden, afhankelijk van begin- en eindbestemming en begin van de dag. Elk hotel en elk park beschikt ook over een taxiservice. Een taxirit tussen twee bestemming in Walt Disney World kost je doorgaans $10. Dat is vrij goedkoop en kan een uitkomst bieden voor als je ergens voor openingstijd of na sluitingstijd wil komen, bij gebrek aan Disney-transport. Dat geldt in het bijzonder voor als je in één van de parken of hotels een ontbijtbuffet boekt voor openingstijd of als je na sluitingstijd van het laatste park nog ergens in een bar of lounge wil blijven nagenieten. Taxi’s zijn dan in vele gevallen de enige oplossing voor wie niet over een eigen wagen beschikt.

Een en ander maakt ook meteen duidelijk hoe belangrijk de keuze van je hotel is. Als je een hotel kiest in Walt Disney World, laat je keuze niet alleen bepalen door wat je een leuk thema vindt of welke faciliteiten een hotel allemaal ter beschikking heeft. Zulke dingen zijn zeker belangrijk, maar de locatie binnen het Walt Disney World Transit-systeem kan van grote invloed zijn op hoe je je vakantie beleeft. Sommige hotels zijn beter gelegen voor wie vooral naar het Magic Kingdom zal gaan (belangrijk voor gezinnen met jonge kinderen), andere hotels zijn beter geschikt voor wie graag van het nachtleven proeft (Saratoga Springs, Port Orleans), en weer andere hotels zijn beter gelegen voor culinaire liefhebbers (Boardwalk, Yacht Club, Beach Club, Swan & Dolphin). Zelfs binnen dezelfde prijsklasse hebben verschillende hotels vaak een heel eigen transportprofiel, dat beter of minder goed geschikt is voor bepaalde doelgroepen.

Van hier naar daar en weer terug

Een vakantie in Orlando is nog het best te vergelijken met een lange, tropische citytrip, maar dan zonder city. Want laten we wel wezen: de meeste mensen die naar Orlando op vakantie gaan, die landen in Orlando en stijgen op in Orlando, en krijgen voor de rest weinig van de stad Orlando zelf te zien. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het feit dat de échte reisbestemmingen, de themaparken van Centraal-Florida, helemaal niet in Orlando-stad zelf liggen, maar eromheen.

Orlando International Airport (MCO) bevindt zich op zo’n half uurtje rijden van de twee belangrijkste bestemmingen: Walt Disney World en Universal Studios Florida. Er is nagenoeg geen openbaar vervoer: er rijden geen treinen of metro’s. Er zijn wel bussen, het Lynx-netwerk, maar dat biedt geen rechtstreekse verbinding naar de resorts – met een Lynx-bus zul je vanaf Orlando-luchhaven eerst naar de stad zelf moeten, en daar een nieuwe verbinding kiezen. Wil je van de luchthaven rechtstreeks naar je hotel of de parken, dan moet je dat anders regelen. De keuze van je vervoer hangt voor een groot deel af van waar je blijft overnachten.

In principe heb je daar drie keuzes: een hotel van Walt Disney World, een hotel van Universal Studios Florida of een hotel buiten een van deze resorts. Logeer je in een hotel van Walt Disney World, dan maakt Disney je het gemakkelijk: wanneer je landt, kun je gratis een Disneybus nemen naar je resort: Disney’s Magical Express. Nadat je met het vliegtuig in Orlando Airport aankomt, pak je eerst de gratis monorail naar de Main Terminal Building, om vervolgens de borden naar Disney’s Magical Express Welcome Center te volgen. Disney’s Magical Express is gratis, maar je moet ‘m wel op voorhand reserveren. Dat kan via het reisbureau waar je je reis hebt geboekt of rechtstreeks via de site van Walt Disney World als je je reis online hebt gereserveerd.

Disney’s Magical Express is gratis, maar niet snel. Hoewel het maar een half uurtje rijden is van de luchthaven naar Walt Disney World, doet Disney’s Magical Express er doorgaans een stuk langer over. Niet alleen moet je eerst twee keer wachten (de wachtrij bij het Welcome Center en het wachten tot de bus naar jouw resort er is), als je later op de dag arriveert – en dat is voor vluchten vanuit België en Nederland vaak het geval – dan combineert Disney’s Magical Express vaak verschillende resort-stops in één. Het kan bijvoorbeeld gebeuren dat jouw hotel pas de derde of vierde stop is op de busroute en dan kan het tot twee uur duren voor je bij je hotel bent. Alleen op piekmomenten en tijdens de drukste momenten van het jaar rijden Disney’s Magical Express-bussen rechtstreeks heen-en-weer tussen de luchthaven en één hotel.

Voor Disney’s Magical Express hoef je niet apart te betalen (lees: inbegrepen in je hotelprijs), en Disney heeft daar een goeie reden voor: de busdienst zorgt ervoor dat je van het moment dat je uit de luchthaven stapt tot wanneer je reis erop zit, alleen maar Disney te zien krijgt: zodra je op de bus stapt, begint de Disney Welcome Video af te spelen en de fun houdt pas op als je eenmaal weer terugkeert naar de luchthaven. Op die manier wil Disney er voor zorgen dat je zo weinig mogelijk geld uitgeeft buiten het Walt Disney World-resort, waar de restaurants en winkels natuurlijk een stuk duurder zijn dan daarbuiten. En wie zich toch ’s een dagje buiten Disney wil begeven, die heeft dankzij Disney’s Magical Express natuurlijk geen eigen vervoer, en bestelt dan een shuttle bij de balie van zijn Disneyhotel. Aan Disneyprijzen.

Logeer je in Universal Studios, dan biedt Universal Studios een eigen airport shuttledienst tussen de luchthaven en zijn vier hotels. Deze optie is niet gratis (zo’n $15 per persoon), maar brengt je wel rechtstreeks van de luchthaven naar je Universal Orlando-hotel. De shuttlebussen naar Universal Studios hoef je niet op voorhand te reserveren. Je kunt ter plekke in Orlando een kaartje kopen op Level 1 van de luchthaven en voor je terugweg kun je een kaartje reserveren bij de balie van je Universal Studios-hotel.

Een andere opties is natuurlijk een taxi. Dat is ook vaak de enige optie als je niet zelf een auto wil huren en je hotel geen hotel is van Walt Disney World of Universal Studios Florida. Als je uit de luchthaven komt, dan kun je de gele taxi’s niet missen. Een enkele rit van de luchthaven naar Universal of Walt Disney World kost zo’n $45. Daar zitten de tolwegen in, maar nog niet de fooi. Over fooien hebben we het nog uitgebreider in een volgende blogpost.

Ben je eenmaal ter plaatse, dan blijf je natuurlijk niet je hele vakantie in je hotel. Het grote verschil tussen Walt Disney World en Universal Studios is dat de parken van Walt Disney World niet op wandelafstand van elkaar liggen (de enige parken waartussen je kunt wandelen zijn Epcot en Disney’s Hollywood Studios), terwijl die van Universal Studios dat wel zijn. Ben je eenmaal in je resort aangekomen, dan bieden zowel Disney als Universal gratis openbaar vervoer. In Disney zijn dat bussen, boten en monorails, in Universal Studios zijn dat boten en bussen. Wil je als Universal-gast eens een dagje naar Disney of omgekeerd, dan kun je aan de balie van je hotel een shuttleservice reserveren (tegen betaling).

Het is een stuk lastiger als je niet in een Disney- of Universal-resort overnacht. Veel hotels in en rond Orlando maken wel reclame met “free shuttle service to the parks”, maar in werkelijkheid zijn dat vaak samenwerkingen tussen een aantal hotels die met een busje op gezette tijdstippen gasten ophalen en afzetten. Niet alleen kan het soms erg lang duren voor je met zo’n gratis shuttle in de parken bent (afhankelijk van het aantal hotels waar gasten worden opgehaald), ook ben je afhankelijk van hun tijdstippen. Het betekent ook dat het met zo’n gratis hotelshuttle vaak niet mogelijk is om tegen openingstijd bij een park te zijn of om tot aan sluitingstijd te blijven. Overdag even heen en weer naar je hotel voor een duik in het zwembad of om even bij te komen is net zo goed bijna onmogelijk, omdat zo’n shuttle makkelijk ruim een uur onderweg kan zijn per route.

Een andere optie is uiteraard een auto huren aan de luchthaven. Deze optie is uiteraard de duurste optie, want behalve de huur van een auto (gemiddeld $200 per week), komen daar ook nog ’s benzine, tolwegen en parkeergeld ($17 per dag per park) bij. Is geen van de bestuurders ouder dan 25, dan komt daar nog de zogenaamde “underage charge” bij, een extra verzekering die de huurprijs van de auto per dag gemakkelijk verdubbelt. Als resortgast van een Disneyhotel parkeer je gratis bij alle hotels en parken. Als resortgast van Universal Studios betaal je sowieso $17 per dag, zowel bij de parken als bij de hotels.

Een eigen huurauto is duurder, maar biedt natuurlijk een enorme vrijheid: je bent niet afhankelijk van de wachttijden bij bussen of boten, je kiest zelf wanneer je vertrekt en arriveert. En bovendien kun je ook gemakkelijker ergens komen waar de gemiddelde Orlando-toerist zelden of nooit komt. Orlando-stad bijvoorbeeld. Wordt het gelijk toch ook een beetje een citytrip.

Wanneer ga je het best naar Orlando?

Het is de vraag die aan het begin van ongeveer elke reisgids over Walt Disney World wordt gesteld: wanneer is het beste moment om naar Orlando te trekken? Het antwoord is eigenlijk heel eenvoudig: elk moment is een goed moment. Eerlijker dan dat kan ik eigenlijk niet zijn. Er zijn warmere en minder warme periodes, duurdere en minder dure periodes, drukkere en minder drukke periodes, maar een toeristische bestemming die meer dan 60 miljoen mensen per jaar trekt, weet wel hoe ze de ideale vakantie moet organiseren, wees gerust, ook als het drukker is of minder mooi weer.

Het antwoord op de vraag begint eigenlijk vooral bij jezelf, beste lezer. Wanneer kun jij? Want dat is voor veel mensen vaak de belangrijkste vraag. Als je vanuit België of Nederland naar Orlando vliegt, wil je minimaal twee dagen reistijd voorzien en minimaal een week ter plaatse, bij voorkeur zelfs iets meer. Voor alle themaparken en waterparken van Walt Disney World wil je minimaal zes dagen voorzien, voor de andere parken in en om Walt Disney World (Universal Studios, Islands of Adventure, SeaWorld, Busch Gardens) eigenlijk zeker ook nog ’s vier dagen. En heel wat gidsen zullen je zelfs aanraden minimaal voor veertien dagen te gaan. Hoeft niet, alhoewel een week ter plaatse echt wel het minimum is.

Is het weer voor jou een belangrijke factor, dan is Orlando een geweldige bestemming: het is er zo goed als altijd warmer dan hier. De gemiddelde temperaturen variëren van pakweg 18 graden in januari tot 28 graden in augustus. Dit zijn gemiddelden: ook in januari kan het gemakkelijk ruim 25 graden worden en in augustus gebeurt het regelmatig dat het kwik boven de 40 graden stijgt. Belangrijker is het orkaanseizoen, dat grosso modo een half jaar duurt maar het minst goeie weer oplevert vanaf pakweg halfweg augustus tot eind september. Wie in deze periode naar Orlando gaat, komt in heel warm en vochtig weer terecht, met bijna dagelijkse regenbuien en veel grijze, wolkenrijke dagen. Het aangenaamste weer heb je van pakweg half februari tot half april en van eind oktober tot begin december, met veel zachte periodes met dragelijke temperaturen, een lagere vochtigheidsgraad en een wolkenloze hemel.

Wil je grote druktes vermijden, dan eerst even dit: zelfs op de minst drukke dagen van het jaar, bezoeken gemiddeld dagelijks zo’n 30.000 bezoekers het Magic Kingdom. Je gaat niet naar de populairste toeristische bestemming ter wereld, zelfs niet op de rustigste momenten van het jaar, om het gevoel te hebben dat je op een onbewoond eiland zit. Bovendien: als het minder druk is, maakt Disney de openingstijden van de parken korter, worden er minder resorttransportmiddelen ingezet en verlaagt Disney ook de capaciteit van zijn attracties. Over het algemeen zijn de rustigste periodes van het jaar van september tot december, met uitzondering van de dagen rond Labor Day (de eerste maandag van september), Thanksgiving (de vierde donderdag van november) en de kerstvakantie. Ook de periode van januari tot maart is over het algemeen vrij rustig, met uitzondering van President’s Day (de derde maandag van februari). De drie drukste perioden van het jaar zijn Spring Break (de drie weken tot en met het paasweekend), de week tussen Kerstmis en Nieuwjaar, gevolgd door de week waarin Thanksgiving valt.

Een ander criterium kan zijn: wanneer zijn de meeste attracties open? In Orlando wordt altijd wel iets hersteld en gebouwd, maar traditioneel zijn de maanden september tot december en januari tot maart de maanden waarin het vaakst attracties – en soms zelfs hele parken – gesloten worden voor onderhoud. Vanaf half oktober tot eind maart sluit bijvoorbeeld om de beurt één van de twee Disneywaterparken, doorgaans eerst Typhoon Lagoon en daarna Blizzard Beach. De maanden september en januari zijn bovendien de twee maanden waarbij parken de kortste openingsuren hebben. Wil je zeker de nieuwste aangekondigde rides meepikken, ga dan niet vroeger dan de zomervakantie. Nieuwe attracties worden traditioneel laat in het voorjaar geopend, in mei of zelfs pas in juni.

Kostprijs speelt ook een rol. Hierbij moet je niet alleen kijken naar de kostprijs van wat je ter plaatste gaat betalen, maar ook naar de kostprijs van het vliegtuigticket. Vluchten naar de VS vanuit Europa zijn doorgaans het goedkoopst op dinsdag, woensdag en donderdag, en hoewel september en oktober de goedkoopste maanden zijn voor een verblijf in Amerika, zijn het niet de goedkoopste maanden voor vliegtuigtickets. Dat zijn maart, juni en november. Als kostprijs een belangrijke rol speelt, bekijk dan altijd de totaalprijs, niet alleen de prijs van je verblijf.

Ook belangrijk: wat voor reiziger ben je zelf? Ben je eerder een ochtendmens of blijf je ’s ochtends liever uitslapen om daarna tot ’s avonds laat uit te gaan? Het klinkt gek, maar afhankelijk van dat patroon zijn bepaalde periodes in het jaar eerder aan te raden dan andere. Ochtendmensen zijn veruit in het voordeel in januari, februari, mei, september, oktober en november. Ben je een gast in een hotel van Walt Disney World, dan zijn er in die maanden vooral “Extra Magic Hours” in de ochtenduren (dat zijn uren waarop alleen Walt Disney World-hotelgasten toegang hebben tot de parken). In de andere maanden worden die, in verband met de temperaturen en het latere moment waarop de zon ondergaat, vaker ’s avonds georganiseerd. Bovendien sluiten in die eerdergenoemde maanden de parken vroeger de deuren, waardoor je min of meer verplicht bent om er ’s ochtends al vroeg bij te zijn om het meeste uit je dag te halen. Dat is in bv. juli, wanneer er dagelijks wel parken zijn die open blijven tot middernacht of nog later, veel minder een probleem.

Tot slot: in Orlando worden tal van tijdelijke evenementen georganiseerd, van speciale Halloween- en kerstweken, tot evenementen als de wereldvermaarde Food and Wine- en Flower and Garden-festivals in Epcot en de loopwedstrijden van Run Disney. Misschien is een van deze evenementen wel een reden waarom je precies dan een bezoek aan Orlando wil brengen. In toekomstige blogposts gaan we uitgebreid in op deze speciale momenten om een bezoek te brengen aan Orlando.

Elk moment is een prima moment voor een vakantie in Orlando. Maar als mooi weer belangrijk is, of lange openingstijden, of minder grote drukte, of zo weinig mogelijk gesloten attracties, of zo goedkoop mogelijk reizen, dan kom je toch telkens weer op een ander meest geschikt moment in het jaar terecht. Misschien maar goed ook. Heb je gelijk een boel redenen om nog verschillende keren op andere momenten in het jaar terug te keren.

Alles over FastPass+ (deel 2): dertig dagen voordeel

In onze eerste blogpost over FastPass+ las je hoe belangrijk het was dat je je entreebewijs voor Walt Disney World ruim op voorhand bezat, om het attractietijdreserveringssysteem zo optimaal mogelijk te kunnen benutten. Walt Disney World is een van de meest fenomenale vakantiebestemmingen ter wereld, maar het is belangrijk om een goed idee te hebben van de orde van grootte waarover we het hebben: het volledige domein is zo groot als heel Brussel en al z’n randgemeenten, en elke dag van het jaar zijn er gemiddeld bijna een kwart miljoen bezoekers aanwezig.

Al die mensen willen de vakantie van hun leven beleven – velen hebben er letterlijk jaren naar uitgekeken – en al die mensen willen natuurlijk ook eten, attracties doen en shows bezoeken, vaak met z’n allen tegelijk. Walt Disney World is een wonderlijke wereld, waar gezien de enorme hoeveelheid mensen, alles vrij soepel verloopt, maar iedereen snapt dat als elke bezoeker op hetzelfde moment in Space Mountain wil, een achtbaan in het donker, dat nooit zal gaan. En attracties met transportmiddelen zullen altijd een lagere dagcapaciteit hebben dan een strand of een museum in een stad. Iedereen wil natuurlijk met Mickey Mouse op de foto, maar als zo’n foto per groep mensen een halve minuut duurt, dan kan Mickey 120 keer op de foto met iemand per uur, of 1200 keer op een dag als je park tien uur open is. Als je weet dat het Magic Kingdom op een drukke dag doorgaans meer dan 100000 bezoekers trekt, dan snap je al gauw hoe weinig mensen met een foto van Mickey en zichzelf naar huis terug kunnen keren.

Nu kan Walt Disney World er natuurlijk wel voor zorgen dat Mickey op meer plekken aanwezig is: in de verschillende parken, en in de hotels of zo. Maar Disney kan eenzelfde attractie niet zomaar vier keer gaan bouwen. De wachtrijen van attracties zijn gelukkig communicerende vaten: Splash Mountain, een waterattractie, en Big Thunder Mountain, een achtbaan, staan naast elkaar, en het gebeurt zelden dat de ene attractie een rij van 10 minuten heeft en bij de andere een rij van twee uur staat. Bezoekers verdelen zich in hoge mate op een logische en min of meer evenwichtige manier over een park, hoewel ook hier strategieën voor bestaan die je behoorlijk wat tijdwinst kunnen opleveren. Maar daarover later meer.

Desondanks betekent een bezoek aan Walt Disney World wel dat je meer zult moeten plannen dan voor een strandvakantie of een weekje wandelen in de Ardennen. Wie het onspontaan vindt om weken voor het vertrek te gaan bepalen wanneer je een bepaalde attractie wil doen, die hoeft dat natuurlijk niet. Maar het plezier van onvoorbereid en spontaan tussen honderdduizend andere bezoekers op dagen met weer van dertig graden en meer op zoek te gaan naar attracties met rijen van minder dan een uur wachten, is beperkt. Neem het van ons aan: het is een stuk fijner om je over het idee van een honderd procent waar-heb-ik-vandaag-eens-zin-in-vakantie heen te zetten, dan je op reis dagelijks te ergeren aan lange wachtrijen, volgeboekte restaurants en overvolle parken.

Om maar te zeggen: als je eenmaal je MyMagic+-account hebt aangemaakt en je entreebewijzen hebt gelinkt (voor elke persoon in je reisgezelschap een entreebewijs), dan kun je beginnen met het maken van plannen. Walt Disney World geeft elke gast de kans om drie FastPassen op voorhand via MyMagic+ te reserveren. In een volgende blogpost gaan we dieper in op de keuzes die je daarbij allemaal hebt en wat daar allemaal bij komt kijken.

Een nieuwigheid bij FastPass+ is dat Disney voor het eerst een verschil maakt tussen twee soorten gasten: bezoekers die blijven logeren in één van hun eigen hotels en bezoekers die buiten Walt Disney World logeren. Disneyhotelgasten krijgen een behoorlijk streepje voor: zij mogen al zestig dagen op voorhand FastPass+-reserveringen maken. Logeer je niet in een hotel van Disney, dan kan dat pas vanaf dertig dagen voor je bezoek. Concreet betekent dit dat wie niet in een hotel van Disney zelf overnacht op een aantal manieren benadeeld wordt:

  1. bepaalde Fastpassen kunnen volledig volgeboekt zijn tegen het moment dat de 30-dagen-termijn voor niet-Disneyhotelgasten aanbreekt. Dat is momenteel bijvoorbeeld min of meer steeds het geval met FastPassen voor de nieuwe Seven Dwarves Mine Train en voor de ontmoeting met Disney-prinsessen Anna en Elsa uit Frozen in het Magic Kingdom. Voor niet-Disneyhotelgasten blijft dan alleen de gewone wachtrij als optie over, en in het geval van de Frozen-prinsessen, is die vaak ruim drie uur lang.
  2. bepaalde reserveringstijdstippen zijn minder interessant dan andere. Zoals gezegd, Disney laat toe dat bezoekers drie Fastpassen op voorhand reserveren. Pas wanneer de tijdstippen van deze drie Fastpassen voorbij zijn, kun je in het park zelf een vierde, een vijfde, een zesde … FastPass+ reserveren. Daarom is het handig dat de laatste van je drie eerste FastPass+-reserveringen zo vroeg mogelijk afloopt: hoe vroeger je die kunt opgebruiken, hoe vroeger je extra reserveringen kunt maken. Om die reden zijn vroege FastPass+-reserveringstijdstippen populairder dan late. Als je je derde FastPass+ pas in het uur voor parksluiting kunt vastleggen, dan wordt het wellicht lastig om nog een vierde FastPass+ te reserveren op de dag zelf, laat staan een vijfde of een zesde. Ook hier zijn hotelgasten van Disney dus in het voordeel, omdat zij dertig dagen langer de kans krijgen om de beste (lees: de vroegste) tijdstippen te reserveren. Concreet komt het er in de meeste gevallen op neer dat niet-Disneygasten per dag minder FastPassen zullen kunnen gebruiken dan Disneyhotelgasten, een onderscheid dat bij het oude FastPass-systeem niet bestond.

Disneyhotelgasten hebben nog een voordeel: zij kunnen tot tien dagen in één keer boeken aan FastPass+-reserveringen, niet-Disneyhotelgasten moeten dat per dag doen. Concreet komt het hier op neer: een Disneyhotelgast die op 1 juli voor een week in Walt Disney World logeert, kan al op 2 mei, dus zestig dagen op voorhand, zijn reserveringen maken voor elk van zijn vakantiedagen. Een niet-Disneyhotelgast die diezelfde vakantie maakt, moet op 1 juni inloggen om z’n reserveringen te maken voor de eerste dag van z’n vakantie, op 2 juni voor de tweede dag, op 3 juni voor de derde dag, etc. Of hij kan wachten tot 30 dagen voor de laatste dag van z’n vakantie en dan alles in één keer doen, maar dan is hij wel een volledige week aan reserveringstijd verloren.

FastPass+ is absoluut een systeem dat Disneyhotelgasten bevoordeelt. Ook al verdient Disney in wezen niks met de dienst zelf – FastPass+ is gratis voor elke bezoeker – de voordelen zijn zo groot, vooral voor wie alleen in drukke periodes naar Walt Disney World kan, dat wellicht meer mensen dan ooit tevoren ervoor zullen kiezen bij Disney zelf te overnachten. En dat was vast altijd de bedoeling.